En smaak daarvan de zoete pijn
In ‘Trompe-l’oeil’, Wiel Kusters’ bijdrage aan de bundel Kwam iemand in de tuin vanmiddag (2005), beschrijft hij treffend de overleden dichter C.O. Jellema: ‘weggevlucht/onhandig pogend/zich te verschuilen maar/zichtbaarder dan ooit/niet wetend waar te blijven,/binnen of buiten:’. Dezelfde verscheurdheid lees ik in het gedicht ‘Kleine’ dat in Kusters’ dit voorjaar verschenen bundel Hohner staat: (meer…)